vrijdag 13 april 2007

Het lam dat zweeg

The Life of Jesus Christ, Volume 8Als christen heb je onderwijs nodig. Hoe oud je bent maakt daarin niet uit. Ook al heb je bijvoorbeeld de Bijbel al drie keer van kaft tot kaft gelezen, wij hebben onderwijs nodig. Zo lezen we dat eveneens in Handelingen 8:26-40. Als je alleen al kijkt wat er allemaal in dit stukje Bijbel staat, dan mag je je laten verwonderen...

Het gaat hier over het Lam zoals geschreven wordt in Jesaja. Over hoe de Heilige Geest Fillippus gebruikt voor het brengen van het evangelie. Over de keus om je te laten dopen en daar niet mee te wachten. Lees zelf maar even "Fillippus en de Ethiopiër";

26 Fillippus ging ook de stad uit, want een engel van God had tegen hem gezegd: "Zorg ervoor dat u vanmiddag op de weg van Jeruzalem naar Gaza bent; dat is een eenzame weg." 27 Toen Fillippus op die weg liep, zag hij een wagen voor zich uit rijden. In die wagen zat een voorname Ethiopiër. (A) Hij was minister van financiën in de regering van koningin Candace van Ethiopië. De man was in Jeruzalem geweest om God te aanbidden en 28 keerde nu naar zijn land terug. Onderweg zat hij hardop te lezen uit het boek van de profeet Jesaja. 29 De Heilige Geest zei tegen Fillippus: "Haal die wagen in en blijf ernaast lopen." 30 Fillippus zette de pas erin en toen hij bij de wagen kwam, hoorde hij iemand hardop lezen. Het was uit het boek Jesaja. 31 "Begrijpt u wat u leest?" vroeg hij aan de man in de wagen. "Eerlijk gezegd, begrijp ik er niet veel van", antwoordde de man. "Er staat ook geen uitleg bij!" En hij vroeg Fillippus bij hem in de wagen te komen zitten. 32 In het gedeelte dat de Ethiopiër aan het lezen was, zei de profeet Jesaja: "Hij was als een schaap, dat voor de slacht weggebracht werd. Hij deed zijn mond niet open, zoals een lam stil is terwijl het geschoren wordt. 33 Hij werd vernederd en zijn recht werd hem ontnomen. Wie zal over zijn nageslacht vertellen? Zijn leven is immers van de aarde weggenomen." 34 De Ethiopiër vroeg aan Fillippus: "Heeft Jesaja het hier over zichzelf of over iemand anders?" 35 Fillippus antwoordde dat Jesaja over de Christus sprak. Hij vertelde hem dat Jezus de Christus is, waarbij hij uitging van wat zij zojuist hadden gelezen. 36 Op een gegeven ogenblik reden zij langs een water. "Kijk", zei de Ethiopiër, "daar is water. Wat is erop tegen mij te dopen?" 37 Fillippus antwoordde: "Als u met uw hele hart in Jezus gelooft, is er niets op tegen." Hij zei daarop: "Ik geloof dat Jezus Christus de Zoon van God is." 38 Hij liet de wagen stilhouden en ging samen met Fillippus het water in en Fillippus doopte hem. 39 Toen zij uit het water kwamen, nam de Geest van de Here Fillippus weg. De Ethiopiër zag dat hij weg was. Hij reisde verder met een hart vol blijdschap. 40 Fillippus ontdekte dat hij in Asdod was. Vandaar ging hij naar het noorden en kwam tenslotte in Caesarea. Onderweg sprak hij in alle plaatsen over Jezus Christus.
In vers 26 en 29 lezen we over de werking van de Heilige Geest. Niet iedereen mag zo duidelijk de werking van de Heilige Geest ervaren zoals Fillippus hier.

Wat ik zo mooi vind in dit bijbelgedeelte is dat die man hardop (!) zat te lezen uit het boek Jesaja. Zie je jezelf al hardop lezen in de trein? Goed, waarschijnlijk zat hij alleen in zijn wagen, maar toch...
Terwijl wij hier lezen uit het Nieuwe Testament, leest die man uit het Oude Testament over onze Heiland Jezus. Is dat niet bijzonder. Wij begrijpen dat het over Jezus gaat, maar in die tijd was het boek Handelingen nog niet geschreven. Daarom heeft die Ethiopiër een vraag over dat gedeelte. Wij zijn bevoorrecht met de kennis van het Nieuwe Testament.

Hoe lang heb jij nagedacht over de doop? En dan met name over de volwassen doop? Voor mij zelf is het soms een worsteling geweest, zeker als je dat verlangen hebt én met een stuk bagage vanuit de traditionele kerk over de kinderdoop. Toch hoeven wij niet lang te wachten! Zoals Fillippus zegt: "Als u met uw hele hart in Jezus gelooft, is er niets op tegen.", als de Ethiopiër vervolgens getuigt van zijn geloof met de woorden: "Ik geloof dat Jezus Christus de Zoon van God is.", dan laat je dopen!

donderdag 5 april 2007

Joh.6:66 Het Brood des Leven

The Bible47 Luister goed: Wie in Mij gelooft, heeft eeuwig leven. 48 Ik ben het brood, dat leven geeft. 49 Uw voorouders hebben in de woestijn brood uit de hemel gegeten en zijn toch gestorven. 50 Maar met dit brood uit de hemel is het anders. Wie hiervan eet, zal niet sterven. 51 Ik ben het levende brood dat uit de hemel is gekomen. Wie van dit brood eet, zal altijd blijven leven. Het brood dat Ik voor het leven van de wereld zal geven, is mijn lichaam." 52 De Joden kregen hierover ruzie onder elkaar. "Hoe kan Hij ons Zijn lichaam te eten geven?" zeiden zij. 53 "Ik zeg het nog eens", zei Jezus. "Als u mijn vlees niet eet en mijn bloed niet drinkt, is er geen leven in u. 54 Maar wie mijn vlees eet en mijn bloed drinkt, heeft eeuwig leven. Zo iemand zal Ik op de laatste dag uit de dood terughalen. 55 Want mijn vlees is echt voedsel en mijn bloed is echte drank. 56 Wie mijn vlees eet en mijn bloed drinkt, blijft in Mij en Ik blijf in hem. 57 Ik leef door de kracht van de Vader, Die Mij gestuurd heeft. Als iemand Mij eet, zal hij leven door mijn kracht. 58 Ik ben het brood dat uit de hemel is gekomen. Wie het eet, zal altijd blijven leven. Het is heel ander brood dan uw voorouders vroeger hebben gekregen, want die zijn tenslotte toch gestorven." 59 Hij zei deze dingen terwijl Hij in een synagoge van Kapernaüm aan het woord was. 60 Veel van Zijn volgelingen hadden moeite met deze woorden. "Wat is Hij hard", zeiden zij. "Wie kan dit nu begrijpen?" 61 Jezus wist wel dat zij hierover bezig waren en vroeg hun: "Erger Ik u met mijn woorden? 62 En als u Mij naar de hemel ziet teruggaan, wat dan? 63 Het leven wordt door de Heilige Geest gegeven; lichamelijk leven heeft op zichzelf geen nut. Wat Ik gezegd heb, is zowel geest als leven. 64 Maar sommigen van u geloven Mij niet." Want Jezus wist allang wie Hem niet vertrouwden en wie Hem zou verraden. 65 Hij zei: "Daarom heb Ik u gezegd dat niemand bij Mij kan komen als de Vader hem niet zover brengt." 66 Vanaf dat moment gingen veel van Zijn volgelingen niet meer met Jezus mee. Zij wilden niets meer met Hem te maken hebben.

Laatst op een zondag werd er gesproken over o.a. dit gedeelte uit het evangelie van Johannes. Als gemeente van onze Here Jezus Christus gingen we het Heilig Avondmaal vieren. Jezus leert ons hier hoe we met het Heilig Avondmaal om moeten gaan. Jezus begint hier heel duidelijk met een oproep aan ons, aan jou en mij "Luister goed: Wie in Mij gelooft, heeft eeuwig leven". Dan gaat Hij het aan ons uitleggen wat Hij daarmee bedoelt en niet iedereen begrijpt Hem en laten zich dan leiden door de Vader van de leugen (satan).

In Joh. 6 vers 66 staat (666) het. 666 het getal van de duivel. In dit vers staat wat het betekent als je dus niet kiest voor Jezus verlossing, maar van Hem wegloopt, Hem niet wilt volgen. Je valt dan in de handen van de satan.
We staan voor Goede Vrijdag en Pasen. Wat een feest is het te weten dat onze Verlosser de dood heeft overwonnen. Hierdoor heeft de satan niet meer de macht over ons als wij Hem (Jezus) aannemen als onze Verlosser en onze zonden belijden en leggen aan het kruis van Golgotha.

Allen een gezegend Pasen!

Del.icio.us
: ,